Mailwisseling ‘Mensenwerk in Fact’ deel 6 tussen John en Roland

Goede vakantie gehad?

Beste Roland had je een beetje goed weer in je vakantie en ben je opgeladen?

In mijn mail van de vorige keer stelde ik dat de medicatievragen van de mensen vaak gedoe geeft. Maar zo eenvoudig kan ik dat niet stellen. Het is voor een cliënt met een psychiatrische kwetsbaarheid zoeken welke medicatie het beste bij hem of haar past en wat de persoon vooruit brengt. Dus alle vragen en verzoeken rondom medicatie zijn legitiem ook als ze geen medicatie willen. Het gaat immers om hun lijf en geest die ondanks de aandoening moet kunnen functioneren op een niveau die zij wensen. Er zijn helaas meer factoren die een impact hebben op het stabiel zijn zoals het gebrek aan een woning, geldproblemen, geen werk of dagbesteding en weinig sociale contacten. Mijn eigen ervaring is dat door mijn therapie trouw te zijn ik meer heb kunnen bereiken dan de jaren dat ik dit niet was. Maar misschien heb ik ook wel geluk gehad…

Het voordeel van mijn laatste psychose was dat ik niet in de gaten had hoe teruggeworpen ik werd op mezelf. Ik was labiel en alles stond op zijn kop. Op deze afdeling werd ik verzorgd ver weg van de stad die onveilig voor mij was gebleken. Mijn zogenaamde vrienden en ook mijn familie zag ik maar af en toe. Later begreep ik dat de psychose en de opname in de kliniek mij had beschermd voor verdere achteruitgang. Het hielp mij indirect aan een betere toekomst.

Toen ik eenmaal naar huis mocht had ik een sombere stemming en moest ik eraan wennen dat ik zo weinig mensen zag. Maar ik knapte weer op en maakte nieuwe vrienden waaraan ik me optrok. Na de wereld van het uitgaansleven was nu het bord met aardappelen, spruitjes en braadworst het hoogtepunt van de dag. Ook kreeg ik veel beter contact met mijn familie aan de kust. Ik zei het plastic leven van het uitgaansleven gedag. Ik kon mijn familie beter helpen door op de kinderen te passen of mee te helpen met sjouwen bij een verbouwing of verhuizing. Ik hielp mezelf daar weer mee door in een vertrouwde, warme en veilige omgeving te herstellen. Mijn leven werd dus gewoner en alles kreeg weer zin.

Wanneer ik terugkwam in Breda bleef ik altijd wel ergens eten. Wat zeker leuk en gezellig was. Er waren de roddel-avonden in Breda bij mensen waarmee ik beschermd had gewoond. Na een goed bord pasta of lasagne praatten we over de woonbegeleiders van vroeger. Over die ene die ons aansprak alsof we kinderen waren. We deden dat na en we hadden zo’n lol. Of over die woonbegeleider die andere bewoners voortrok. Dat vonden we een oneerlijke rotstreek. We roddelden ook over medebewoners en iedereen kreeg een veeg uit de pan. Want die waren gek en wij niet! Ook de psychiaters en psychologen van het RIAGG kregen ervan langs. Zo van ze denken dat ze ons snappen maar ze bakken er niets van! “Ik wil gewoon afbouwen met die medicatie want ik ben toch normaal?” zei iemand dan. Heerlijk die avonden waarop alles en iedereen negatief werd weggezet. Plezierig toch en hilarisch! Het was eigenlijk niet goed maar het was een fijne en onschuldige manier om de pijn te verwerken en de moeilijke tijd in de GGZ te kunnen delen.

Dank nog voor je interesse en aandacht voor ervaringsdeskundigheid! Zullen we binnenkort eens de koppen bij elkaar steken hoe we ervaringsdeskundigheid nog beter vorm kunnen geven? Lijkt me een mooie uitdaging! Juist van reguliere hulpverleners kan ik ook leren. Wel heb ik zelfspot en humor nodig om te kunnen overleven. Ik moet mezelf niet te belangrijk maken want ik ben maar een passant in het leven van de cliënt. Ondanks dat een opname in de GGZ voor mij al twintig jaar geleden is kan ik stellen dat ik me nog steeds cliënt voel. Immers er zijn symptomen die nooit meer weggaan en die mijn leven blijvend lastiger maken. Het niet meer opgenomen te zijn geweest kan een geluk of een ongeluk zijn. Maar alles heeft een reden hoe simpel of complex ook. Gelukkig kan ik nu mensen bijstaan in het gevecht met de psychose. Dat is dankbaar werk!

Ik stuur je deze mail vanuit Breda ben nog even thuis en dan een barbecue in Zeeland….

Ik hoop dat je mijn mail een beetje kunt volgen en hoop je snel weer te zien!

Hartelijke en vriendelijke supergroeten,

John

———————

John, virtuoos voorvechter van verbinding,

Mijn vakantie was heerlijk. Als je echt ontspannen bent kijk je ook anders naar de wereld om je heen. Dat het zonlicht in Italië een eigen gloed en diepte heeft bijvoorbeeld, of dat liggend in een tent het ochtendgloren ineens een eigen geluid blijkt te hebben. Net als de buren trouwens…. Maar goed, het zo benoemen van vakantie-genot geeft me ergens ook een ongemakkelijk gevoel. Het was voor ons gezin een cadeau natuurlijk, na zo’n tweede coronajaar. Maar ik realiseer me heel goed dat er volksstammen aan mensen zijn die zich een dergelijke luxe helemaal nooit kunnen permitteren. Laat ik er niet hypocriet over doen. Het is zeker niet zo dat ik midden in het Toscaanse landschap denkpijn heb over hoe oneerlijk de wereld is, of dat ik er om die reden minder van kan genieten. Maar als een cliënt -waarvan ik weet dat die altijd worstelt met de financiën- me belangstellend vraagt naar mijn vakantie, dan kan dat ongemak me enorm overvallen. Iets breder gesteld, ik ben vast de ‘grootverdiener’ van ons FACT-team. Een beloning, zoals gebruikelijk in onze maatschappij, die geënt is op de vastgelegde verantwoordelijkheden van een bepaalde functie. Dat vind ik tot op zekere hoogte goed navolgbaar, maar die geldelijke waardering is natuurlijk niet een één-op-één weerspiegeling van de intrinsieke waarde van bepaalde werkzaamheden. Heb jij wel het gevoel dat je genoeg wordt gewaardeerd in je functie als ervaringsdeskundige John? Wat is daarin het belangrijkste?

Netwerk. Dat vind ik zelf altijd een koud woord, maar daar draait het in jouw mail wel om. Hoe belangrijk ‘betekenisvolle anderen’ voor jouw herstel zijn geweest, toen je werd weggetrokken uit het turbulente grote stadsleven en voor een bord met spruitjes werd gezet. Ondanks de ernst van die gebeurtenis vind ik dat een mooi beeld. Dank je wel daarvoor John! Voelbaar wordt in je beschrijving hoe juist het klaarstaan vóór -en dus niet door- je familie jouw ‘zelfwaarde’ weer deed groeien. Een belangrijke katalysator voor herstel. Om na een ontregeling je persoonlijke balans te hervinden is een startkapitaal aan zelf-liefde noodzakelijk. Zodra cliënten weer gaan geloven in zichzelf, dan zie ik het herstel eigenlijk altijd een enorme vlucht nemen. Dat je als mens weer kan vliegen door het leven, dat je zelf weer kan kiezen waar je vlucht naartoe gaat, dat je soms hoog over roze droomwolken wil zweven, en soms vlak langs de aarde wil scheren met een risico om neer te kunnen storten. Je eigen autonome keuzes maken dus. Mensenkracht. Als ik dat proces zie ontstaan bij cliënten, ook na al die jaren werkend als psychiater, ‘it sends a shiver down my spine’.

Nog iets moois uit je mail. Je schrijft over hoe het uitwisselen van ervaringen met lotgenoten helpend is geweest om ‘de pijn te verwerken en de moeilijke tijd in de GGZ te kunnen delen’. Wederom zijn anderen dus heel belangrijk in dat proces. Maar toch even iets heel anders over deze zinsnede. Het is een onbedoeld interessante formulering, waarin duidelijk wordt hoe een periode van psychische ontregeling en een verblijf in GGz ‘samen lijken te smelten’ tot een soort algehele akelige ervaring. De GGz wordt daar dus onderdeel van. Ergens is dat ook super-logisch. Het gaat je helemaal niet goed, je bent niet jezelf. Je wordt opgenomen binnen de GGz, misschien wel gedwongen, en -zeker wat langer geleden- werd naar verwarde cliënten niet goed geluisterd.

Maar snap je waar ik naartoe wil? Wij hebben in deze reeks al vaker van gedachten gewisseld over het stigma van de psychiatrie: over hoe cliënten benadeeld worden door vooroordelen over mensen met een psychische kwetsbaarheid. Maar interessant genoeg hebben we het hier over het ‘stigma over de GGz’. Want daar waar een algemeen ziekenhuis intuïtief geassocieerd wordt met een plek waar je beter wordt en waar je hulp krijgt, vecht de GGz nog dagelijks tegen het stigma dat je daar alleen maar slechter zou worden, of dat ze je daar toch niet kunnen helpen. Jouw herstel is een fonkelend voorbeeld van het tegenovergestelde. Hoe moeten we met dit ‘stigma over de GGZ’ omgaan?

Hoe vaker we schrijven, hoe meer denkpoeder door de lucht dwarrelt John. Ik voorzie een bundel in wording (-:

Tot snel weer, warme groet, Roland